Ik wens iedereen een gelukkig en voorspoedig Nieuwjaar.

Met veel toeters, bellen en vuurwerk wordt het nieuwe jaar ingehuldigd. Een viering die hand in hand gaat met uitbundig ‘geloei’, te veel eten en zeker te veel drinken. De champagne wordt ontkurkt als de wijzers van de klok op 12 uur samenkomen. Vuurwerk moet knallen om te vieren dat het oude jaar voorbij is en het nieuwe jaar begint.

Maar waarom?

Omdat er een nieuwe kalender opgehangen wordt? Omdat het “dit” jaar beter zal zijn? Omdat alle miserie van vorig jaar voorbij is? Eigenlijk niet. Alles is op 1 januari niet plots beter of anders…

De Romeinen hadden oorspronkelijk een kalender die maar 10 maanden telde, en het nieuwe jaar begon toen in maart. In de jaren en eeuwen die volgden werden er veel aanpassingen gedaan, bijvoorbeeld door de Romeinse koning Pompilius, omdat in een jaar van 10 maanden de seizoenen na een aantal jaar niet meer gelijk liepen! Hij voegde twee maanden aan het jaar toe: januari en februari. De maand januari vernoemen de Romeinen naar de Romeinse god Janus. Deze god van het nieuwe begin heeft twee gezichten en kijkt twee richtingen uit. Eigenlijk precies wat wij op 1 januari doen: we kijken naar het jaar dat voor ons ligt en dat achter ons ligt. Een mooie maand om het jaar mee te beginnen volgens Numa Pompilius.  2 maanden extra opdat de seizoenen zouden blijven  gelijk lopen. Vele jaren later verving Julius Caesar deze kalender door een nieuwe kalender, gebaseerd op de zon, in plaats van op de maan. In januari bleef de eerste dag van het jaar.

Na de val van het Romeinse Rijn nemen veel landen hun oorspronkelijke kalender  weer terug. Het nieuwe jaar begon meestal op 25 december of op 25 maart…

Tot in1582… De toenmalige paus Gregorius XIII kwam er achter dat de Juliaanse kalender niet goed werkt met schrikkeljaren. Ook maakt de Juliaanse kalender het lastig om de exacte datum van Pasen te berekenen. Dus introduceert Paus Gregorius XIII in 1582 een aangepaste versie van de kalender. De Katholieke landen namen deze kalender, met om de 4 jaar een schrikkeljaar, snel over, maar in o.a. Orthodoxe en Protestandse landen duurde dat nog een paar eeuwen… Nu nog heb je nog altijd de Joodse, de Chinese, de Islamietische … kalenders.

 In de oudheid werd het oude jaar uitgezwaaid met veel lawaai en vuur, dit om boze geesten en demonen te verjagen. Nu is dit vuurwerk geworden en zetten we nog steeds het nieuwe jaar in met een knal.  Wat tegenwoordig ook al niet meer mag, dat knallen, maar vuurspetters in de lucht mogen we wel nog bewonderen.

We wensen familie, vrienden en collega’s een gelukkig en voorspoedig nieuw jaar. En we blikken misschien terug op wat voorbij is en beloven het dit jaar anders te doen, een frisse start… maar al die nieuwjaar voornemens en beloftes zijn tegen het einde van de maand toch weer vergeten.

Ik denk dat het eigenlijk gewoon onze cultuur is, een traditie die al meer dan eeuwen standhoudt, dus waarom niet? Waarom niet samen komen om geluk te vieren?

Als kind gingen we dat vieren bij familie. We gingen op 1 januari naar Moetje, mijn overgrootmoeder, waar we haring filets met witte bonen aten en nadien “een druppel” of een “poester”, bij haar was die “druppel” (een borrel) een glaasje Elixir d’Anvers of Goldwasser, en de “poester”? Dat was, en is in Oostende een koffie met cognac. Geen alcohol voor de kinderen natuurlijk maar wij moesten dan één voor één op een stoel staan om onze Nieuwjaarsbrief voor te lezen. En als je dat goed deed kreeg je een “seing”: zakgeld.

Maar net als vorig jaar blijf ik ook dit jaar lekker thuis, voor mij is het een dag zoals een ander.

Afbeelding: SpiderM op Pexels


Mo Verbiest

Mo Verbiest

Morag Verbiest wordt Mo of Mootje genoemd omdat bijna niemand haar naam juist uitspreekt. Ze is geboren en getogen in Oostende sinds meer dan een halve eeuw. Meer over Mo Verbiest

U wilt reageren op deze blogpost? Dat kan op onze facebookpagina!

Vindt u wat u net las interessant? Overweeg dan om u in te schrijven op de nieuwsbrief van deze blog en ontvang een e-mail telkens iets nieuws verschijnt.