Gepensioneerd: wat nu?

Recent las ik dit toch wel alarmerende bericht:

Dalende geboortecijfers en een langere levensduur zullen in de komende decennia naar verwachting leiden tot aanzienlijke veranderingen in hoe gezinnen er op wereldschaal uitzien.

In 1950 had een 65-jarige vrouw gemiddeld 41 levende familieleden en in 2095 zou een 65-jarige vrouw gemiddeld 25 levende familieleden hebben.

Dat geldt ook wereldwijd: In Noord-Amerika en Europa – waar de gemiddelde 65-jarige vrouw in 1950 nog 25 levende familieleden had – zal een vrouw van die leeftijd in 2095 gemiddeld 15,9 levende familieleden hebben. (Max Planck Society)

Nu hoor ik u denken: dat is toch geen ramp, want zoveel familieleden heb je toch niet van doen?

Eigenlijk is dat ook zo, zeker wanneer je gezond en fit bent, met een breed vrijetijdsnetwerk. Maar wat als je zorg nodig hebt? Vrienden haken af wanneer je te vaak een beroep moet doen op hun hulp. Betaalde zorg wordt schaars met lange wachtrijen, en is vaak ook onbetaalbaar. Familieleden zijn je vangnet, zo blijkt dikwijls.  En dat werkt in twee richtingen.

Dat is zeker zo als 65-jarige, dè sandwichgeneratie, die geprangd zit tussen de zorg voor hoogbejaarde ouders en de verwachtingen van de kinderen als oppas voor kleinkinderen. Je bent immers met pensioen en hebt massa’s tijd, toch?

Gezinnen worden steeds kleiner door meer carrièrekansen voor vrouwen, economische onzekerheid en veranderde maatschappelijke verwachtingen. Het zijn individuele beslissingen die toch collectief de maatschappij beïnvloeden. Voor de leefbaarheid van onze aarde zijn minder geboorten een goede zaak. Tegelijk wordt de zorg voor oudere familieleden een grotere uitdaging, aangezien er minder familieleden zijn om de taken uit te voeren.

En er zijn ook steeds meer fitte ouderen door de uitstekende gezondheidszorg, maar vroeg of laat hebben die senioren meer ondersteuning nodig. Het concept ‘vermaatschappelijking van de zorg’ is een modeterm die de druk op het familiale netwerk van de senior nog doet toenemen. Dit concept benadrukt het belang van preventie en het voorkomen van gezondheidsproblemen, door het actief inschakelen van familieleden, buren, vrijwilligers ter ondersteuning van mensen die zorg nodig hebben. Maar wanneer we steeds minder familieleden zullen hebben, zakt dit concept als een kaartenhuisje ineen. Tegelijk zien we dat de kost voor professionele gezondheidszorg steeds hoger wordt en zwaarder doorweegt in de begrotingen van dit land. Het inschakelen van niet-betaalde, vrijwillige inzet, het concept ‘vermaatschappelijking van de zorg’ lijkt dan een logische oplossing.  Maar voor hoe lang nog?

Foto: Kampus Production voor Pexels.com


Martine Meire

Martine Meire

Martine Meire heeft, vanuit haar engagement als cultuurwerker, vooral aandacht voor erfgoed en cultuur in haar thuisstad Oostende en de wereld. Meer over Martine Meire

U wilt reageren op deze blogpost? Dat kan op onze facebookpagina!

Vindt u wat u net las interessant? Overweeg dan om u in te schrijven op de nieuwsbrief van deze blog en ontvang een e-mail telkens iets nieuws verschijnt.