Gesprek met mijn overleden moeder.

Méér dan 20 jaar geleden kreeg ik de opdracht van een alternatieve genezer – toen ik hem bezocht voor hardnekkige kniepijn – om een brief te schrijven aan mijn moeder. Dat zou helend werken. Ik volgde zijn raad op!

Onlangs vond ik deze terug tussen mijn schrijfsels en wil deze graag delen met mijn lezers.

Het dateert uit 2003.

Hey mama, Hier ben ik dan eindelijk.”

“Na ruim 30 jaar” hoor ik je zeggen. “Hoe gaat het met je??”

Jammer dat ik als volwassen vrouw nooit die vraag kon stellen aan je.

Hier op aarde zeggen ze: ‘Geen nieuws, is goed nieuws.’ Maar dat klinkt een beetje absurd…

Zie jij mij?? Zoja, geef eens ’n tekentje… ’n schouderklopje eventueel, het gordijn een beetje laten wapperen… een windje.. Ja, dat laatste kon je ook goed. Als ik iets van je genen heb geërfd is het wel dat.

Tante Odette zei altijd, dat ik van de vijf kinders het meeste op jou geleek. Is dit wel zo?

Wat heb ik eigenlijk van jouw trekjes? Je hartelijkheid, vriendelijkheid, zacht karakter. Jouw gastvrijheid heb ik ook geërfd. Soms beetje ongeduldig?  ‘n perfectionistisch trekje?

Bij jou stond de koffiekan altijd op de stoof in de winter en ’s zomers op tafel in de achterkeuken. Ik weet dit nog goed en zie het zo voor mij. Een blinkende verchroomde koffiekan, met enkele brokjes eraf.

Ook de achterdeur, die was nooit op slot. De buren konden altijd langskomen. Irma bvb. Ze riep toen: “Geen belèèèèt”. Zij leeft nog hé. Onlangs, ttz. op het kerkhof, ik stond toen juist voor je, kwamen Hilde en ik één van de tweeling tegen van Irma. ’t Was Hugo, de braafste van de 2.

Geert was meer een deugniet.

1 juli 1971 verhuisden we van de Pompestraat naar de Dorpsstraat.  Dag op dag, 1 jaar later op 1 juli van 1972 was het jouw begraving. Dat zijn datums dat ik nimmer en nooit vergeet. Die staan in mijn hersenen gegrift.

Het jaar daarop, 10 augustus 1973 trouwde ik.  Achteraf bleek dit om weg te zijn. Weg van papa.  Ik weet 300%, dat, als jij toen niet zou heengegaan zijn, dit zeker niet zou gebeurd zijn.
Misschien was alles wel anders… Want als 1 gebeurtenis in je leven niet doorgaat, dan is de rest van het verhaal ook helemaal anders.

Niet dat ik je daar nu de schuld om geef hoor. Jij bent gewoon veel te vroeg heengegaan (ik zeg speciaal niet doodgegaan, omdat ik dit zo definitief vind). Je zit nog in mijn dromen. En als je er bent is het helemaal oké, niet bangelijk. Toen ik je laatst zag droeg je een mooi wit slaapkleedje met Engelse kant. Je zat in een mooie wijnrode canapé, met velours stof en houten leuningen. Weet je nog, dat je nooit een nieuwe zetel mocht kopen van ons vader? Treffend toch dat ik je dan terugzie in een chique fauteuil. Je zei: “kom maar binnen”. En je zat er heel vredig. Ik vroeg toen: “Ben ik ook dood misschien?” en jij antwoordde: “Ja, je bent dood”. Dat voelde voor mij ook heel vredig aan. Sindsdien heb ik daar rust mee.

Mens, wat is er veel gebeurd in die veertig jaar. Ik zal wel enkele dagen, weken, misschien wel maanden nodig hebben om dit allemaal te vertellen. Wil je het horen? Of weet je het allemaal?? Heb je het gezien? Kan ook natuurlijk.

Er is niet alleen veel gebeurd met mij, mijn zussen en de rest van de familie. Maar de wereld is ook zo veranderd. Ik zal je eerst een beetje op de hoogte brengen van de grootste moderne veranderingen. Anders begrijp je het misschien niet allemaal.

Ik zit mijn gesprek aan jou te typen op een computer. Schrijven zou heel vermoeiend zijn. Zeker nu ik voel dat het lang zal uitvallen. Zet alvast maar je hemelse bril op 🙂

Tante Margueritte* is ook al aangekomen. Ben je blij?? Op haar viering van haar leven, had ik wel heel de tijd een ferme krop in mijn keel. Gonda had een mooie power point gemaakt (moet je maar even opzoeken in de Grote Hemel Vandaele) van haar mama en natuurlijk stond jij daar ook heel veel keren tussen. Zo’n mooie foto’s. Dat maken ze nu niet meer. Echt waar! Toen je samen op kostschool zat en er zat ook ’n heel mooie foto bij van jullie plechtige communie.

Op zo’n moment, dan ben je geen minuut uit mijn gedachten. Raar toch, dat  ’n mens na zoveel jaar het gevoel krijgt alsof het allemaal heel recent is.

Ik zie je zo nog voor mijn ogen toen je op de autobus mijn abonnement uit mijn handen nam aan Esperanto langs de Torhoutse steenweg. De buschauffeur voegde er nog lachend aan toe: ‘Ik geloof dat je mama gedronken heeft, ze laat voortdurend alles uit haar handen vallen.”  En ruim een uur later bleek het een heel andere reden te hebben.

“ Een hersenbloeding”. Klonk het uit de telefoon van de neuroloog.

Weet jij dit nog? Herinner jij je daar nog iets van? Ik was nog maar 18 geworden in november ’71 en jij moest nog verjaren en jij was nog geen 56 jaar. Het was 29 februari 1972. Op die vervelende schrikkeldag.

Ik zal even je naam googlen (nog iets nieuws, maar al ferm ingeburgerd), want ik durf het haast niet zeggen: ik weet je verjaardag niet meer. Het is in oktober. Daar ben ik zo goed als zeker van. Ik vraag het via mail aan Hilde, zei weet die dingen. Ben er zeker van.

Amaai, jij hebt nogal wat naamgenoten zeg. Je bent al te lang weg van deze aardbol. Mr. Google kent je nog niet. Jammer. Hier op aarde heb je eigenlijk niet veel geen privacy meer. Overal staan camera’s en alles kan je googlen. Zelfs ik ben er niet veilig meer. Toen ik in 2008 een bericht op een forum postte, wist ik niet wat de gevolgen zouden zijn. Dat blijft er staan. Hoe lang? Dat weet ik niet.
Misschien zal ik al lang dood zijn en staat dit bericht nog altijd op de server.

Mama, je zal een heleboel woorden moeten opzoeken, anders wordt dit gesprek moeilijk te begrijpen.

Of ik je mis??? Ik heb je enorm veel gemist. Als jonge vrouw, als mama en vooral als dochter van jouw. We hadden nog veel jaren heel veel aan elkaar kunnen hebben.

De eerste jaren heb ik heel waarschijnlijk mijn verdriet verdrongen. Dat deed veel te veel pijn. …

Wat dacht je… ik had je nog jaren nodig en omgekeerd wellicht ook. Je kreeg niet veel liefde van onze vader. Ik zag dat al heel vroeg.  Weet je nog dat ik enorm veel plezier beleefde aan het kopen van een klein cadeautje voor je. Ik was rond de 10 à 11 jaar, toen ik vier nieuwe boterhamplankjes kocht met fruit op. Bij Liesbeth in de winkel naast de kerk. Het deed zo’n deugd om jouw ’n geschenkje te geven omdat ik vond dat je dit verdiende. Ik heb je nooit iets zien krijgen van papa terwijl dit omgekeerd wel zo was. Als kind voel je dat er iets niet klopt. Je weet niet wat. Toen realiseerde ik me nog niet dat jullie ook het product van jullie opvoeding waren. En wat je thuis niet ziet, kan je moeilijk doorgeven. Het zit wellicht in mijn DNA dat ik graag iemand een pleziertje gun. Je miste dit en ik voelde dit zeer goed aan. Ik had er mijn wekelijks drinkgeld voor gespaard.

Ik vond het ook niet eerlijk dat jij toen de schuld kreeg, toen papa reclameerde over mijn shortje.

Je vertelde mij toen, ik weet het nog goed, we stonden op de trap om naar de voute te gaan. Jij moest de boodschap overbrengen, dat ik niet meer mocht uitgaan in dat korte shortje. Ik had het zelf genaaid en wilde toen meedoen met de laatste mode. Misschien wou hij me daarmee overbeschermen?

Weet je trouwens dat al die kleren van toen, nu terug in de mode zouden zijn. ’n Mens mag niets weg doen. Alles keert altijd terug. Jij spaarde vroeger ook altijd van alles. Restjes stof, restjes wol… ik herinner me ook nog de verhuis en dan kom je ook alles tegen dat je hebt gespaard. Ik doe dit ook. Je hebt het misschien al gezien. Op mijn zolder staat nog van alles, in dozen. Je moet maar eens komen kijken. Er zitten kieren tussen de pannen. Je kan binnen wanneer je wilt. Hier staat niet de achterdeur open, maar mijn dak. Zie je dat ik op jouw gelijk.

Als je wat snuistert, zal je nog een oude koffiezetmachine tegen komen. Bestond dit al in jouw tijd? Ik weet dit niet meer. Wij kwamen ook altijd een beetje achter met alles.

Bij mijn vriendinnen had iedereen al een tv, en ik moest nog altijd gaan kijken bij Stiffe, de buurvrouw. Zo’n vreemd wijf. Precies ’n vent. Ik werd er altijd vol gestopt met suikerbollen. Heel haar huis rook ernaar. En in het donker moest ik dan terug naar huis. Toen liepen nog geen rare mannen in de straat die kleine meisjes attaqueerden.

…/….   De gsm rinkelt…. Jammer, ik dacht nog dat het jij was…

Foto: Cottonbro Studio


Maaike Dobbelaere

Maaike Dobbelaere

Maaike blogde voor dit collectief tussen december 2023 en juni 2024 en is een autodidact die van vele markten thuis is. Ze heeft een ruime interesse in alles wat kunstzinnig en creatief kan benaderd worden. Van eigen recepten in elkaar flansen tot ruimtes inrichten, kledij verbouwen, enzovoort. Maar vraag haar niks over politiek of voetbal. En oh ja, er is een serieuze hoek af en ze houdt van omdenken.

U wilt reageren op deze blogpost? Dat kan op onze facebookpagina!

Vindt u wat u net las interessant? Overweeg dan om u in te schrijven op de nieuwsbrief van deze blog en ontvang een e-mail telkens iets nieuws verschijnt.


WP2Social Auto Publish Powered By : XYZScripts.com