Ambassabeertje

Dit bericht is deel 61 van 64 in de reeks Donderdagse dialogen

– Denk je dat ie vandaag…?

– Geen idee, ik voel alleen in en vanuit het tijdloze, maar met wat ik ervaar verbaast het me dat ie niet vannacht al is gegaan… 

– O jee. Wat moet er dan gebeuren? 

Ik geef door wat ik binnenkrijg. Mijn compagnon vertaalt naar handelingen en praktische werkelijkheid. Er beweegt ginds vanalles, er gebeurt vanalles. Ik weet niet wat precies, ik ben er alleen maar energetisch vanop afstand bij, tot…  een – inmiddels heel herkenbare – warme en enorm dankbare gloed mijn hele lijf knuffelt van binnenuit mijn schedelpan doorheen mijn ruggegraat. Mijn job zit er nu echt op. It is done. Er loopt nog een berichtje binnen, maar ik antwoord: 

Zijn energie wil me er sinds daarnet niet meer bij, ik hoor daar niet langer, heb gedaan wat ik kon en de energie is dankbaar erom, je hoeft niet meer bij me te checken nu, het is echt ok, de nakende momenten zijn voor familie alleen, hij is klaar. Liefs en heel veel sterkte aan iedereen daar.

Er volgt meteen een kort en eenvoudig: ok. 

Een uur later overlijdt de man, omringd door zijn familie en – voor zover ik de eer had mee te bewegen en het daaruit af kan leiden – dat deed hij in alle rust en vrede. Ik kom later nog wel het praktische verhaal te weten. Zelden zó een altruïstisch zorgzame energie geweten… Het ontroert me diep. 

Prompt komt er een roodborstje op Dídeans ruitenwisser zitten naar me kijken tot het me met zijn vrolijk wipstaartje aan ‘t lachen weet te krijgen en weer wegvliegt. Dat kan toeval zijn – dat kan ‘t altijd – maar roodborstjes worden gezien als boodschappers van overledenen. Althans toch in allerlei spirituele overleveringen. Ik neem het dan ook als dusdanig aan, al was het alleen maar omdat dat mijn leven mooier maakt, en ik geef mijn antwoord hardop met de wind mee: Dank jou andersom, het was een hele eer, met heel veel liefde, graag gedaan!

Zonnestralenverwarmen mijn huisje en herinneren me eraan dat Dídeans laadregelaar er de brui aan gaf. Mijn zonnepaneeltjes geven niks stroom meer door en de batterij ligt plat telkens ik langer dan een paar dagen geen stopcontact ter beschikking had. Niet leuk, maar… Haalbaar. Ik bel straks voor een afspraak bij Frank en Josiane van Friane, die hebben de hele techniek van zowel mijn vorige busje Arowav als mijn huidige Dídean geïnstalleerd en ik heb daar altijd op kunnen vertrouwen. Dat komt wel goed, behalve dat ze vast kwamen te zitten op een vlieghaven ergens op de terugweg van vakantie, ocharme. Hopelijk kunnen ze me snel ergens in de agenda plannen eens ze thuis zijn geraakt. 

Voor nu moet ik maar wat vaker aan een paal inpluggen, wat langere eindjes rijden, of op mijn vrienden rekenen. Want eens de zon onderduikt is ‘t toch nog bitter koud. Verwarming op LPG werkt niks nog eens de batterij ’t begeeft, zo zit dat met die systemen. Ik red het wel, hoor, er zijn geen problemen. Met deze temperaturen kunnen ‘s nachts mijn trapjes vlot als koelkast fungeren, dus die hoef ik ook al niet te laten draaien.  

Ilse van OakTreeProjects belt en vraagt me, heel officieel, of ik één van de Oak Tree ambassadeurs wil zijn. Goh. Als ik niets anders hoef te zijn dan ik nu al ben en niets anders hoef te doen dan ik nu al doe, is dat goed voor mij. Ze bevestigt dat er niets hoeft te veranderen en dat ik alleen maar met de officiële titel word geslagen omdat ik het ambassadeurswerk toch vanzelf al doe. Helemaal prima. Als dingen maar logisch blijven, en ik mezelf mag zijn, is ‘t allemaal goed voor mij. Er is niemand anders die ik kan zijn. 

Wel plezant om een officieel titeltje te verdienen zo. Ik ga misschien nog naamkaartjes laten drukken: Beertje, ambassadeur. Oe, da’s funny! Ik, die decennialang dacht dat mensen zich schaamden als ze me zelfs maar in hun nabijheid gedoogden, ga tot „ambassadeur” verworden. Ik weet eerlijk gezegd niet wat dat woord precies betekent, maar laat dat ons geheimpje blijven.

Intussen ben ik al lang even-waardig als elk-ander. Volstrekte onwaardigheid verdween sinds ik stopte met goedkeuring proberen verdienen. De normmenselijke aard is toch nóóit tevreden – hooguit komt er een hele hoop vies gemanipuleer wederzijds tot leven – en da’s een jammerlijk cultuurhistorisch sociaal ingeburgerd geraakt feit. 

Nu krijg ik goedkeuring en respect, of ik verdwijn gewoon direct. Meestal vóór ze mij vervelend vinden, want ze werden omgekeerd – veel eerder al – ferm vervelend voor mij. Het is echt niet zo moeilijk om verveeld en geërgerd de ogen te draaien en uit te blazen. Ze zullen wel blij zijn, want ik doe preciés wat van ze moest: Allé, allé! Assimilez!


Beertje Bernie

Beertje Bernie

Beertje neemt lezers elke donderdag mee in Dídean, het busje waarin ze woont als nomade zolang dat nog kan. Deze woonvorm maakt het mogelijk voor haar om te leven ondanks het gewicht – en het licht – van pervasieve ontwikkelingsstoornissen, chronisch ptsd met dissociatieve kenmerken, en multiple sclerose. Klik hier voor duiding bij soms wat rare woordjes in dit blog. Meer over Beertje Bernie
Navigatie binnen de reeks<< LoslaatsteSiganzeretten >>

U wilt reageren op deze blogpost? Dat kan op onze facebookpagina!

Vindt u wat u net las interessant? Overweeg dan om u in te schrijven op de nieuwsbrief van deze blog en ontvang een e-mail telkens iets nieuws verschijnt.